• To video or not to video

    Do's en dont's over video, webinars, opgenomen lessen en voice-over

    "Een beeld zegt meer dan 1000 woorden"

    Iedereen kent de uitdrukking. En dit klopt ook vaak maar lang niet altijd, zeker bij het online leren. Niets is vervelender dan naar een serie filmpjes van een pratend persoon te moeten kijken en je focus te houden op wat die aan het vertellen is.

     

    Op deze inspiratiepagina gaan we in op het gebruik van (interactieve) video (en webinars en opgenomen lessen) en voice-over in e-learning. Bij welke content en bij welke doelgroepen gebruik je wat.

    Algemeen uitgangspunt

    Eigenlijk geldt dat je beeld en geluid gebruikt wanneer dat nodig is of wat toevoegt. En dat is niet standaard het geval. Je moet vooral voorkomen dat je een cursist niet dwingt om zaken aan te moeten horen, die hij al weet of zelf sneller zou kunnen lezen. Dat is saai en je legt meer beslag op iemands tijd dan nodig is.

     

    Het animeren van een proces of het visualiseren van een vaardigheid, zoals het reanimeren bij EHBO werken. Het filmen van een persoon die theorie behandelt niet.

     

    Ditzelfde geldt bij het gebruik van voice-over. Een voice-over dwingt de cursist het tempo van de spreker te volgen; dat kan te langzaam en natuurlijk ook te snel gaan. Ook bij later nog eens iets terugzoeken, is een cursist haast verplicht om het hele fragment weer te bekijken of te beluisteren. Laat staan het goede fragment op te zoeken als je die niet goed benoemd hebt.

     

    Welke keuzes je maakt hangt ook af van je doelgroep. Uiteraard zorg je dat het taalgebruik aansluit, maar er spelen meer zaken.

    Om te beginnen: wie is je doelgroep?

    Er zijn vele soorten mensen met verschillende voorkeuren bij het leren. Vaststellen wie de doelgroep is en daar je aanbod op afstemmen is erg belangrijk.

    • Een deel heeft te maken met opleidingsniveau, al geldt dat niet altijd. Mensen met een lager opleidingsniveau lezen vaak minder makkelijk en dan is luisteren naar iemand makkelijker. Andersom geldt ook: hoger opgeleiden lezen juist sneller, die kunnen zich irriteren aan het moeten volgen van een gesproken stem.
    • Karakters verschillen; de een is wat 'blauwer'; heeft minder geduld, een ander meer 'groen'; die vindt persoonlijk contact belangrijk.
    • Leervoorkeuren: de een leest liever over een onderwerp, een ander gaat liever aan de slag om het al doende te leren. 
    • Achtergrond; mensen die in hun beroep gewend zijn meer te moeten lezen.
    • Bekendheid met het onderwerp: is de stof helemaal nieuw, of zal een deel van de cursisten sneller door onderdelen heen kunnen gaan.

    Interessante doelgroep

    Een hele leuke doelgroep die we met Knowdis ooit tegenkwamen, waren mensen van een sociale werkplaats. Het eerste ontwerp van de cursus was vrolijk, met kleurige iconen en afbeeldingen. Dat werkte dus niet.

     

    Deze mensen zijn veel minder goed in staat om hoofd- en bijzaken te onderscheiden, besteden dus aan elk onderdeel even veel aandacht en waren niet in staat om verder te komen in de navigatie.

     

    De beste oplossing hier was zeker wel beeld, maar heel beperkt in een verder neutrale omgeving.

    Voorbeeld vaardigheden

    Door met stap-voor-stap video-instructies het reanimeren en het gebruik van een AED helemaal te visualiseren wordt de klassikale trainingstijd enorm verkort. Op die manier blijkt 1 praktijkavond voldoende te zijn om de vaardigheid te verankeren.

    Tips en tricks bij verschillende manieren om online content aan te bieden

     

    Live online lessen

    Eigenlijk is dit de eerste stap van klassikaal naar online leren. Je voert je training 'gewoon' online uit, via Zoom, Teams ed. Deelnemers zijn duidelijk aanwezig en kunnen vragen stellen en reageren. Dit lijkt nog het meest op een training op locatie geven.

     

    Deze manier is interactief, een trainer kan reageren op vragen en nog enigszins aanvoelen hoe reacties van deelnemers zijn en daarop inspelen. Inhoudelijk is relatief weinig voorbereiding nodig (wel technisch natuurlijk, je moet je goed verdiepen in de systemen en hun mogelijkheden en leren daarmee te werken).

     

    Het tempo kan niet heel hoog zijn, vergelijkbaar met klassikaal trainen. Het op afstand zitten en het lagere tempo zorgen dat deelnemers zich moeilijk kunnen focussen.

     
    Deze manier van leren vraagt veel van een trainer. Het is lastig om deelnemers geboeid te houden en om goed te reageren op reacties. Er zijn weinig kostenvoordelen voor de trainer, de uren moeten steeds weer gemaakt worden.
     
    NB: bij een opgenomen online les later aanbieden is geen interactiviteit mogelijk en blijft het tempo laag. Voorbereiding en kosten zijn dan uiteraard minimaal.
     
    Deze vorm is het meest geschikt voor het onderwijs. Daar komt dezelfde content niet veel vaker aan de orde en is interactiviteit van groot belang. Voor trainers die juist vaker dezelfde content aanbieden, kan het een eerste stap naar online zijn maar zijn er efficiëntere manieren.
     

    Webinar

    Een webinar heeft over het algemeen minder mogelijkheden voor interactiviteit in zich (deze manier is meer 'zenden' dan lesgeven). Die kun je wel mogelijk maken, maar dan gaat het toch meer lijken op online lesgeven. Je kunt uiteraard deelnemers wel de gelegenheid geven om naderhand vragen en reacties te sturen, voor een eventuele aanpassing een volgende keer.

     

    Om de aandacht goed vast te houden zal een webinar nooit heel lang mogen zijn en is er een goede voorbereiding nodig, zodat je een boeiend verhaal aanbiedt.

     

    Je kunt meer content behandelen en een webinar leent zich beter om meerdere keren niet-live aan te bieden (en te verkopen).

     
    Deze vorm is zeer geschikt voor op zichzelf staande onderwerpen waarbij je vooral informatie geeft. Bijvoorbeeld over het maken en geven van goede presentaties of wanneer je een specifieke boodschap hebt.
     
    Video/film
    Video kan losstaand (via YouTube bijvoorbeeld) ingezet worden of als onderdeel van een e-learning cursus.
     
    Als alleen video's worden aangeboden zal alle content in die video's opgenomen moeten worden; inleiding, theorie, instructies, enz. Dan gelden dezelfde voorwaarden als bij opgenomen lessen of een webinar; je moet heel goed nadenken over hoe je kijkers geboeid houdt.
     
    Video als onderdeel van e-learning
    Wanneer video een onderdeel is van een e-learning cursus, kun je die content beter verdelen; wat voegt video echt toe en wat kan beter in tekst, al dan niet met voice-over. Veel theorie kun je beter in tekst aanbieden, ondersteund met afbeeldingen en schema's. Een deelnemer kan die dan in het eigen tempo lezen en bekijken.
     
    Denk voor video dan aan het animeren van een proces, het visualiseren van een handeling of het geven van een praktijkvoorbeeld (dan wel een goed, boeiend verhaal). Je biedt de deelnemer dan meer mogelijkheden om keuzes te maken; onderdelen sneller of juist langzamer te bestuderen en makkelijker terug te lezen.
     
    En als je (vooral wat langere) video's gebruikt, maak de video's dan interactief. Interactieve video's met bijvoorbeeld labels en extra vragen en toelichtingen op de juiste momenten hou je de deelnemer bij de les.
     
    Knowdis adviseert en maakt jouw video's interactief.
     
    Voice-over
    Traditioneel worden veel e-learning cursussen gemaakt in horizontale templates, lijkend op PowerPoint slides. Op dergelijke slides is relatief weinig ruimte voor content. Mede hierom wordt vaak gebruikt gemaakt van voice-over met kernwoorden en -zinnen op de slide.
     
    Een andere reden voor het gebruik van voice-over is dat een grote groep deelnemers meer auditief is ingesteld en/of minder makkelijk leest. Een nadeel is dat de content veel moeilijker even terug te zoeken is en als je iets wilt nakijken, je dan het hele verhaal van een slide moet aanhoren. Nog een nadeel is dat de voice-over het tempo bepaalt; je verliest daardoor een belangrijk voordeel van e-learning, het sneller kunnen leren. En als je een doelgroep hebt waarvan een deel al een basiskennis heeft, kan het moeten luisteren naar iets wat je al weet demotiverend werken.
     
    In elk geval, of je nou met tekst of met voice-over werkt, zorg dat je communiceert in de taal en op het niveau van de doelgroep. Als je dat goed doet, is lezen geen punt meer en pak je de voordelen van het eigen tempo en het makkelijk kunnen terugkijken goed mee.
     

    Heb je vragen? Wil je een advies over de beste keuze voor jouw cursus?

    Bel ons voor een gratis adviesgesprek! 010 - 8421 340